6.3 Air­mix spui­ten

Airmix spuiten noemt men ook wel het luchtondersteund spuiten. Het is namelijk een combinatie van het airless spuiten en het persluchtspuiten. We gaan hier nader in op airmix spuitapparatuur. Deze techniek wordt voornamelijk ingezet voor een goede combinatie tussen productie snelheid en het bereiken van het beste resultaat.

Airmix spuitapparatuur

Airmix spuitapparatuur is ontwikkeld om de ongemakken betreffende de overspray en onnodig materiaalverlies van het airless spuiten en het persluchtspuiten te verminderen. De apparatuur bestaat uit een luchtaangedreven airless pomp en een airless spuitpistool voorzien van luchtondersteuning. In de twee vleugels van de luchtkap zitten boringen. Uit deze boringen wordt lucht geblazen. Er zit geen omkeer spuittip op het airmix verfspuitpistool. Nieuwe airless pompen kunnen ook elektrisch aangedreven zijn.

De verfdruk is lager dan bij het airless spuiten. Bij airmix spuiten wordt eerst de verf tussen de 60- 500 bar op materiaaldruk gebracht . Daarna wordt er 1 tot 1,5 bar (kan tot max. 7 bar) perslucht aan toegevoegd om het teveel aan verf aan de randen van het spuitpatroon (tailing) ongedaan te maken. Dat kan steeds in stapjes van 0,2 bar om het spuitpatroon zachter te maken.

Door de perslucht ondervind je tijdens het spuiten iets meer hinder van de terugslag van verfnevel. De oppervlaktekwaliteit van de verflaag is echter beter.

Airless spuiten.
Airless spuiten.
Airmix spuiten.
Airmix spuiten.

De verneveling verschilt duidelijk met die van een gewoon airless pistool. Links is de verneveling van een gewoon airless te zien, duidelijk is het uit elkaar vallen van de verfnevel zichtbaar.

Rechts zien we dat de extra lucht van de airmix, een omhulsel vormt rondom de verfnevel en zo de verfnevel bij elkaar houdt.

Airmix spuiten heeft de volgende nadelen ten opzichte van airless spuiten en persluchtspuiten:

  • Productiesnelheid is lager
  • Meer verfverlies (rendement) en daardoor milieubelastender.

Spuittechnische problemen

Probleem

Mogelijke oorzaak

Oplossing

Drukverlies

  • Te lange slang
  • Te kleine slangdiameter
  • Vervuilde slang
  • Te grote spuitopening
  • Slangkoppeling met te kleine doorlaat
  • Te fijne en/of vervuilde filters
  • Te dikke verf

  • Alles controleren

  • Indien nodig verf verdunnen

Onvoldoende spuitpatroon

  • Te lage druk

  • Te dikke verf

  • Te grote spuitopening (uitgesleten nozzle)
  • Druk verhogen. Eventueel kleine nozzl
  • Verf op temperatuur brengen / verf verdunnen
  • Kleinere nozzle monteren

Onvoldoende vloei / sinaasappeleffect

  • Sterk ingedikte verf
  • Te groot temperatuursverschil
  • Verf en ondergrond
  • Verkeerde spuitdruk / afstand
  • Te koude verf
  • Te grote luchtcirculatie
  • Te snelle droging door hoge temperatuur
  • E.e.a controleren en aanpassen

Blaasvorming

  • Lek in het pistool of slang
  • Te hoge verwerkingstemperatuur

  • Blaasjes verdwijnen meestal bij een goede flash off

Zakkers

  • Te veel verf / te dikke laag

  • Te grote spuitopening

  • Onregelmatige verflaagdikte
  • Te weinig of te trage ventilatie
  • Te dunne verf
  • Te korte spuitafstand
  • Verfopbrengst verminderen
  • Kleinere nozzle monteren

  • Ventilatie verbeteren

  • Andere verf gebruiken
  • Afstand aanpassen

Kratervorming /wegkralen van de verf

  • Vet en of vervuild oppervlak (olie, glijmiddel, siliconenspray)
  • Olie in spuitsysteem
  • Vervuiling verwijderen

  • Olie-waterafscheider reinigen of vervangen

Verontreiniging in de verflaag

  • Vervuilde slangen
  • Onvoldoende gefilterde toevoerlucht in de spuit- en/of droogruimte
  • Installatie reinigen
  • Aanzuigfilters aanbrengen, repareren of vervangen