5.1 Ge­modi­fi­ceerd hout

Houtmodificatie is het verbeteren van de eigenschappen van een houtsoort door het veranderen van de houtmoleculen.

Belangrijke reden achter de ontwikkeling van gemodificeerd hout was het vinden van alternatieven voor verduurzaamd hout en voor tropisch hardhout. Er zijn twee manieren om hout te modificeren:

• Met reactieve stoffen (bijvoorbeeld chemicaliën en oliën);
• Met hitte (thermisch).

Thermisch gemodificeerd hout is hout dat bij een tempratuur boven 160°C en bij een verlaagde zuurstofconcentratie behandeld is. Daarbij zijn belangrijke eigenschappen over de volle doorsnede van het hout blijvend veranderd.

Gangbare thermisch behandelde producten uit Nederland en Finland zijn onder andere LamboWood, Plato®Hout, Finnforest ThermoWood, Lunawood, ModiWood, Stellac Wood, Stora Enso ThermoWood en ThermoHout. Fraké Noir is de merknaam voor thermisch verduurzaamd hout van de houtsoort Limba.

Een voorbeeld van modificeren met reactieve stoffen is bijvoorbeeld Accoya® hout. Het is een belangrijke ontwikkeling in de hout-technologie. Het proces is gebaseerd op de acetylering van snelgroeiend naaldhout.

Acetylering is een chemische houtmodificatie waarbij hout onder vacuum en hoge temperatuur behandeld wordt met azijnzuuranhydride, Als geacetyleerd hout eenmaal droog is, neemt het vrijwel geen water op waardoor schimmels geen houtrot meer veroorzaken. Ook neemt het krimp- en zwelgedrag sterk af waardoor er bijna geen vervorming zoals hol, bol, krom of scheluwte meer optreedt. Acetyleren is een milieuvriendelijk productieproces.

Een doorbraak in 2007 heeft eraan bijgedragen dat Accoya hout sindsdien op commerciële basis wordt geproduceerd. Het wordt over de hele wereld gebruikt voor een hele reeks buitentoepassingen, zoals gevelbekleding, vlonders en kozijnen.

Gemodificeerd hout wordt onder andere toegepast voor kozijnen, ramen, deuren en houten gevelbekleding.